Binnen de Technische Commissie van VNK wordt in de februari vergadering gebrainstormd over het onderwerp voor de volgende VKL column. Het onderwerp ‘overbouwen’ wordt door een van de commissieleden opgeworpen als mogelijk onderwerp en daar wordt enthousiast op gereageerd.
Ik denk zelf bij ‘overbouwen’ gelijk aan de juridische basisregel dat het eigendom van een bouwwerk ligt bij wie het eigendom van de ondergrond heeft. Dit heet natrekking. Behalve juist bij ‘overbouw’ of ‘overhang’. Het eigendom van een balkon of dakgoot blijft juist wel bij de eigenaar van het gebouw, ook al hangt het of staat het boven of op het perceel van een ander. Maar wat heeft dit met goed lijmwerk te maken? Eigenlijk niets…
Het ging in de TC uiteraard over de, jullie wel bekende, technische basisregel dat dragende wanden altijd op een gefundeerde en voldoende stijve ondergrond moeten staan. U kent misschien de situatie wel. Om het een en ander goed passend te krijgen zoals het is bedacht en uitgetekend, worden de kimstenen net iets over de rand van de ondergrond gelijmd of er wordt gewerkt met kimverbreders of zelfs met houten latten. Door dit overbouwen verminder je echter aanzienlijk de goede fundering van de constructie. Men realiseert zich blijkbaar niet altijd goed dat de stabiliteit en het draagvermogen van de wand afhankelijk is van een aansluitende stijve ondergrond onder de wand.
Ik zat aan het begin helemaal fout met mijn begrip van ‘overbouwen’. Maar nu weet ik het wel. Overbouwen, doe dat niet! Kies er bij afwijkende vloerranden in de eerste plaats voor om de vloerrand aan te storten. Pas als het echt niet anders kan kun je overbouwen. Maar dan alleen maar met een maximale overkraging van 10 procent van de wanddikte met een maximum van 15 mm. Verder overbouwen is vragen om problemen. En dan gaat het niet om problemen rondom het eigendom van een overhangende dakgoot.
Vicky van Egmond werkt voor VNK en deelt op deze plek regelmatig actualiteiten en wetenswaardigheden vanuit de kalkzandsteen industrie en haar toeleveranciers…